Kwalitatieve architectuur als drempelverlager voor coöperatief wonen – deel 1/2


De expo Hier wil ik wonen! Coöperatief woondromen in Vlaanderen toont het werk van Vlaamse pioniers in coöperatief wonen. Het is een bonte verzameling van initiatieven, variërend van een woonzorgproject en een cohousingproject tot een pilootproject voor betaalbaar wonen en een gerenoveerd woonblok. De architectuur van deze projecten kent vaak een hoge kwaliteit. Het is geen toeval dat twee gerealiseerde voorbeelden, Bellefleur in Gent en Honkhuis in Leuven, zijn bekroond of genomineerd voor architectuurprijzen.

Tijdens de openingsavond van de expo Hier wil ik wonen! in STAM waren daarom Tijl Vanmeirhaeghe (Havana architecten) en Jan Mannaerts (360 architecten) uitgenodigd om over hun werk te vertellen. Curator Peggy Totté leidde de lezingen in en benadrukte het belang van kwaliteit als hefboom voor vernieuwing: “Als we er samen naar streven om de architectuur van coöperatieve woonprojecten consequent op een hoog niveau te brengen, zal dat zeker de drempel verlagen om voor een wooncoöperatie te kiezen.”

Sociaal versus coöperatief wonen

Het Gentse ontwerpbureau Havana architectuur heeft de afgelopen jaren een interessant palmares van woonprojecten opgebouwd, en dat zowel voor sociale woonmaatschappijen als voor wooncoop, de grootste wooncoöperatie in Vlaanderen. De lezing van architect Tijl Vanmeirhaeghe in STAM Gent was de ideale aanleiding om een vergelijking te maken tussen de coöperatieve woonprojecten Dikken Eik en Bellefleur in Gent en het sociale woonproject Groenzicht in Bredene. In alle projecten is gestreefd naar betaalbaar en duurzaam wonen, toch liggen de processen en resultaten opvallend ver uit elkaar.

“Het gaat niet over eigenaars van woonunits, maar over mensen met een aandeel. Je moet werken voor een wooncoöperatie die eigenlijk meer gebaat is bij een generisch product.” – Tijl Vanmeirhaeghe

In een groot deel van haar projecten werkt wooncoop ‘vraaggestuurd’. Dit betekent dat het project in nauwe samenwerking met de toekomstige bewoners tot stand komt. Dergelijk participatief ontwerpproces is aanlokkelijk, maar kent ook valkuilen. “Het is een wankele oefening om te bepalen hoe ver inspraak reikt”, aldus Vanmeirhaeghe. In het project Dikken Eik leidde een discussie met de stadsdiensten en de buurtbewoners en een intensieve participatie met de bewoners tot een lange procedure. Acht jaar later is het project pas in uitvoering. De bouwkost bedraagt 1800 euro/m², het gebouw omvat 24 slaapkamers van gemiddeld 50 m² per slaapkamer – omgerekend 90.000 euro per slaapkamer.

Aanbodgestuurd proces

Vervolgens maakt Havana de vergelijking met Groenzicht, een ‘aanbodgestuurd’ project van een sociale huisvestingsmaatschappij. Hier zijn geen bewoners betrokken in het ontwerpproces, maar gelden protocollen, standaardisatie en efficiëntie. Dit zorgt voor een aanzienlijk lagere bouwkost van 1150 euro/m² in een gebouw met 28 slaapkamers van gemiddeld 78 m² per slaapkamer – eveneens 90.000 euro per slaapkamer, maar met meer ruimte en minstens even kwalitatieve woningen. Kortom, het sociale woonproject biedt voor dezelfde prijs veel grotere slaapkamers en woningen. Dit leidt tot de bedenking dat een wooncoöperatie wellicht ook meer gebaat is bij een generisch product dan bij een uitgebreid participatief proces.

“Bij sociale woningen is de vraag minder: ‘wat willen de bewoners?’ en meer: ‘hoe zorgen we voor kwaliteit binnen de randvoorwaarden?’” – Tijl Vanmeirhaeghe

Maar wooncoop zit niet stil en leert uit haar ervaringen. Met de aankoop van de voormalige sociale woonblokken uit 1930 in de Bellefleurstraat in Gent zag de coöperatie een kans om het anders aan te pakken. Binnen deze robuuste woonblokken kozen Havana en wooncoop voor een slimme, efficiënte renovatie. De werken waren minimaal en vergunningsvrij. De slimme stapeling van compacte appartementen is behouden en slechts minimaal aangepast naar hedendaagse normen.

Meer pragmatische aanpak

Een extra binnentrap aan de achterzijde, met directe toegang vanaf elk appartement naar een collectieve tuin, zorgde voor een grote meerwaarde. Mede dankzij het werken in een bouwteam is het project in slechts twee jaar tijd gerealiseerd. De kostprijs: 1600 euro/m² in een gebouw met 43 slaapkamers van gemiddeld 45 m² per slaapkamer, omgerekend een kleine 70.000 euro per slaapkamer – goedkoper dan Dikken Eik én sneller klaar.

Kortom, in het project Bellefleur heeft wooncoop handig gebruikgemaakt van de robuustheid, standaardisatie en kostenefficiëntie van de voormalige sociale woningbouwblokken. Het project werd bekroond met de Gentse Architectuurprijs 2024, waarbij de jury het prees als “een sociale interventie die laat zien hoe ontwerpers en opdrachtgevers samen kunnen werken om met beperkte middelen toch een hoogwaardige leefomgeving te creëren.” Tegelijk blijft Havana architectuur geloven in de kracht van het coöperatief opdrachtgeverschap en beheer op lange termijn, maar pleit het bureau voor een meer pragmatische aanpak zoals bij de sociale woonmaatschappijen.

Tekst: Amélie Lammens

Foto: Jan De Wilde

In een volgend artikel vertelt architect Jan Mannaerts hoe zijn bureau 360 architecten met een design & build-formule het coöperatief woonproject Honkhuis realiseerde in Leuven.